Week 38: wie storm zaait…

We zijn nu in week 38 (om eerlijk te zijn in week 39, want ik sta eentje achter) en mijn zoektocht naar wat ik kan doen voor een betere wereld blijft zich uitbreiden. Ik merk dat ik op verschillende niveaus stappen aan het zetten ben. Enerzijds zette ik reeds stappen in mijn eigen leven en hoe ik omga met mijn omgeving, mens, dier en natuur. De verandering – of om het mooie woordje “transitie” te gebruiken- op dit persoonlijke niveau lukt aardig, met vallen en opstaan. Ons leven bestaat uit gewoontes en het is een kwestie om stap voor stap telkens een gewoonte te veranderen. Als de gegronde motivatie er is – en ja, die is er- lukt het goed. Dit is dat ook het deel van de transitie (yes, nu mag ik het woord weer gebruiken!) dat je zelf echt in handen hebt en ook zelf direct kan doen in functie van onze wereld. Ik denk hierbij aan de keuze van ons voedsel, kledij, mobiliteit, ...

Anderzijds zijn er de grote veranderingen die moeten gebeuren op het niveau dat -nu nog- boven ons gebeurt. Als we het negatief bekijken dan kunnen we er inderdaad in ons eentje niets tegen doen, maar als burgers wakker worden en hun stem laten horen, dan kunnen we samen zoveel.

Zoals de opkomst en het protest van duizenden burgers tegen de handelsakkoorden CETA en TTIP. Een opinie uit de Morgen.http://www.demorgen.be/opinie/nieuwe-hoop-door-pan-europees-democratisch-verzet-tegen-ttip-en-ceta-b608d4e8/

Op het gebied van kleine veranderingen in je eigen leven hoef je het telkens niet ver te zoeken. Zo had ik bijna enkele graszoden gekocht zonder na te denken. Na even de key-words “graszoden”en “ecologisch” ingetypt te hebben kwam ik bij dit artikel: http://www.mo.be/magazine/september-2009/gras-zaaien-graszoden

Slecht voor het milieu dus, dus was de keuze alweer heel snel gemaakt. Zo zie ja maar, bij elke beslissing is het goed om even na te denken, even te googelen in je hoofd en/of op het net. Nu dus op zoek naar ecologische graszaden.

De stap voor deze week begon reeds dit weekend met een bezoek aan een voedselbos. (De Woudezel in Houthulst) Het principe van een voedselbos is heel eenvoudig: een bos waarin je allerlei bessen, appels, peren, kruiden en (vergeten) groenten kan plukken. Eénmaal dat het bos op groei is hoef je niet, in vgl. met een moestuin bijvoorbeeld, veel te gaan spitten en de grond (zwaar) uit te putten. Ik was direct fan! Dit bezoek stond in het teken van een cursus die ik ga volgen om dan, samen met heel wat anderen, een dergelijk bos te ontwerpen en aan te leggen in de school van mijn zoon. Op deze manier komen kinderen, ouders en buurtbewoners weer in contact met eetbare wilde planten en kan de kennis hierrond verder groeien.

Ik citeer even Diderik van de Woudezel: “Door onze huidige industriële landbouw loopt het volledig mis. Eén van die alternatieven is bijvoorbeeld een voedselbos”. Daarnaast is er zo’n sterke lobby door de industrie. Zij bepalen eigenlijk een beetje wat wij zoal op ons bord krijgen. (Anders hadden wij misschien geen vergeten groenten). Zo hebben we geleerd om maar 1 deel van een plant op te eten, terwijl je vaak ook de andere delen kan opeten, waardoor je dan weer andere voedingsstoffen binnenkrijgt. Ik weet daar zelf allemaal niet veel van, maar ik vind deze manier om naar voeding kijken wel heel boeiend en heel logisch klinkend. Hier wil ik me alvast verder in verdiepen.

En dan nu naar week 39, waarin we ook aan ons nieuw eigen project beginnen! Meer erover over enkele dagen…

 

ps: ik kreeg de tip van een reportage “The true cost”. Je kan deze online ergens gratis bekijken. Moraal van het verhaal: denk altijd na voor je iets koopt. In het geval van de reportage, denk na over welke kledij je koopt en waar die gemaakt is. Jij betaalt misschien niet veel, maar iemand anders echter wel in jouw plaats met enorm veel werkuren in niet zo’n fijne omstandigheden.

4 gedachten over “Week 38: wie storm zaait…

  1. Betreffende de kleren, als we massaal beslissen geen kleren uit Bangladesh meer te kopen dan worden die mensen ook zonder werk …. dilemma dilemma …

    Like

    1. Er zijn alternatieven.
      Lokale kledij kopen of als de kledij van ver komt, zorgen dat die een fairtradelabel heeft en best ook nog eentje die ecologisch is.
      Ik zal zeker niet zeggen dat mijn kleerkast daarmee gevuld is, maar ik kocht dit jaar nog niets en eigenlijk heeft een mens niet zo veel verschillende kleren nodig. Less is more en dan kan je ook direct wat meer uitgeven aan kwaliteit met een correcte oorsprong. (socio-ecologisch)
      De prijzen moeten hier telkens lager door de concurrentie tussen de winkelketens en dat trekt zich door naar die landen. Wie kan het item het goedkoopst fabriceren, met alle gevolgen vandien.
      We leven nu eenmaal in een geglobaliseerde wereld, maar wil dat dan zeggen dat anderen ten koste van ons mogen uitgebuit worden. Met “het is nu eenmaal zo” zullen we niets veranderen. Wij kunnen een signaal geven door 1: die producten niet meer te kopen, 2: organisaties steunen die strijden voor eerlijke handel zoals Oxfam, schone kleren campagne, … en 3: deze boodschap verspreiden. Voor mij mogen deze mensen onze kleren maken (het transport van zover even terzijde gelaten, want wat is er mis met lokale kledij), maar laten we ze tenminste met respect behandelen. Dilemma opgelost?

      Like

Plaats een reactie